Er werden reeds, op Teckel lijkende, afbeeldingen gevonden in Egypte, bij de Farao’s en bij de Romeinen maar hun afstamming blijft mysterieus. Vermoed wordt dat de lichaamsbouw een abnormaliteit is die kon ontstaan doordat honden met een op een Teckel gelijkende bouw goed in nauwe holen en spleten kunnen duiken als ze wild achterna zitten. In deze spleten kunnen ze zich voortbewegen door het lichaam beurtelings te strekken en samen te trekken. Na een langzame, natuurlijke selectie heeft de mens waarschijnlijk de huidige kortbenige, lange hondjes ontwikkeld door gerichte selectie. Dashond is overigens een even gebruikelijke benaming voor deze honden als Teckel.

Ze zouden geboren zijn in Duitsland in de 18de eeuw uit een kruising Drachsbrake en een Pincher. Het actuele type is ontstaan in de 2de helft van de 19de eeuw.

Een Teckel is een ideale gezinshond, maar ook een jachthond.

De schofthoogte ligt tussen de 13 à 30 cm en het gewicht schommelt tussen de 4 à 5 kg voor de dwerg en 6 à 9 kg voor de standaard grootte.

Teckels zijn hele sterke, gezonde honden die 12 tot 16 jaar oud kunnen worden, maar let op dat hun rug niet overbelast wordt door bv traplopen, overgewicht, enz.

De Teckel is een moedige, dominante hond die eigenzinnig, slim en waaks is. Ze zijn vindingrijk, levendig, hebben gevoel voor humor, zijn vasthoudend en nieuwsgierig.

Ze zijn erg gehecht aan hun gezin, bij vreemden zijn ze wat afstandelijker. Met kinderen heeft een Teckel geen problemen als hij op jonge leeftijd positieve ervaringen met ze heeft kunnen opdoen. Met andere honden gaan Teckels over het algemeen goed om. Met katten kan een Teckel goed samenleven als hij op jonge leeftijd met ze vertrouwd geraakt is.

De meest voorkomende kleuren zijn roodbruin en black en tan, maar we zien ook regelmatig getijgerde en chocoladebruin.

Naast verschillende soorten kleuren kan de Teckel ook verschillende soorten beharing hebben. Er zijn 3 soorten mogelijk, namelijk de kortharige, ruwharige en langharige.
De Kortharige Teckel heeft een korte, dichte, glanzende beharing die glad op de huid ligt en nergens onbehaarde plekken vertoont.
De Ruwharige Teckels heeft, met uitzondering van de mond, de wenkbrauwen en de oren, draadachtige, dicht op de huid liggende haren die volkomen gelijkmatig over het lichaam voorkomen en voorzien zijn van een fijne onderwol.
Langharige Teckels hebben glad, glanzend, zacht haar dat langer is onder de hals en de onderkant van het lichaam. Vooral het haar aan de oren en onderaan de staart is lang, terwijl de achterpoten aan de achterkant een zware ‘bevedering’ hebben.

Een Kortharige Teckel heeft niet veel verzorging nodig. Af en toe de dode en losse haren met een rubberen handschoen uit de vacht verwijderen, volstaat.
Langharige Teckels moeten af en toe geborsteld worden, waarbij de plaatsen waar het haar makkelijk klit, extra aandacht kunnen gebruiken.
De vacht van de Ruwharige Teckel moet zo’n twee keer per jaar geplukt worden, afhankelijk van de vachtkwaliteit. Het haar boven op de kop moet kort gehouden worden.

Voor alle drie geldt dat de gehoorgang schoongehouden moet worden en dat de nagels kort geknipt moeten zijn. Knip het teveel aan beharing tussen de voetzolen weg. Pas op met het voeren van Teckels: zorg dat ze niet teveel krijgen. Het zijn lekkerbekken, maar een te dikke hond is zeer ongezond.

Een consequente, strikte opvoeding is absolute noodzaak. Met liefde en geduld is een Teckel best het een en ander aan te leren, maar slaafs worden ze nooit.

Teckels moeten veel beweging krijgen zodat ze een goede conditie kunnen opbouwen. Onaangelijnd willen ze hun jachtinstinct volgen en er vandoor gaan.

Traplopen is enorm slecht voor deze hond.